Difference between revisions of "Template:Phrasebook/Dutch"

From Hitchwiki
Jump to navigation Jump to search
m
Line 1: Line 1:
 
=== Dutch ===
 
=== Dutch ===
# Hallo
+
# Hoi
# Rijdt u misschien in de richting van ... ?
+
# Sorry,...
# Mag ik misschien met u meerijden?
+
# Rijd u toevallig richting...?
# Kunt u me bij het volgende tankstation afzetten?
+
# Kunt u mij misschien tot ... mee nemen? /      /
# Kan ik er hier uit?
+
# - een tank station /    / een parkeerplaats?/    /  langs de snelweg /    /
# Bedankt voor de lift!
+
# Is deze lift gratis? /    / Ik heb geen geld. /    /
# Oost, West, Noord, Zuid<noinclude>
+
# Spreekt u ...? /    / een andere taal /      /  Kunt u misschien iets langzamer spreken? /        /
 +
# ja / misschien /            / nee, bedankt /  /
 +
# Dat is fantastisch /    / perfect /  / slecht. /  / Geen probleem. /  /
 +
# Ik versta u niet. // Geen flauw idee. /  /
 +
# Ik ga naar ... /  / Waar gaat u heen? /    /
 +
# Ik heet ... /  / Hoe heet jij? /  / Ik kom uit ... /                / Waar ben jij vandaan? /    /
 +
# Ik ben …. /    / Hoe oud ben jij? /  /
 +
# Ik studeer... // Mijn vakken zijn… /    / Ik ben vierde/vijfdejaars student.  /      / Ik word leraar. /    /
 +
# Ik heb een vriend/een vriendin. / / Ik ben getrouwd.
 +
# Ik ga op vacantie. /    / Ik bezoek vrienden in… /    / Ik lift een beetje rond …  /    /
 +
# Ik blijf voor … /    / Ik ga … terug./    /
 +
# Pak me niet aan!/    / Laat me uit! /  / Stop! /  / Hulp! /  /
 +
# Kunt u mij hier uit laten? /        /
 +
# Bedankt! /  / Een fijne dag nog! /    / trip ! /  /
 +
# Waar kan ik een ... vinden? /    /het stadcentrum /  / een kaartje /  /
 +
# - een toilet /    / een supermarkt /    / de apotheek /  / een kampeerplaats
 +
# - een internetcafe /    / een bankautomaat /  / een bank /  /
 +
# - het metrostation /  / het busstation /  / het treinstation /  /
 +
# - de snelweg naar  ... /  / een goede liftplaats /    /
 +
# water /  / (kruidachtig) thee /    / warme chocomel /    / koffie /  /
 +
# bier /  / (rood, wit) wijn /  / jus d'organge /  /
 +
# vegetarisch /  / diner /  / brood /  / een goedkoop restaurant /  /
 +
# Proost! /    / Enjoy your meal! /  /
 +
# Ik heb honger /  / dorst/  / fijn /  / koud /  / warm /    / misselijk /        /
 +
# noord/    / oost /    / zuid /    /  west /    /
 +
# gisteren /      / vandaag /    / morgen /    /
 +
# null /    / een /    / twee /    /  drie /    / vier /    / vijf /    / zes /        / zeven /    / acht /    / negen /    / tien /    /,  
 +
# elf /        / twaalf/        / dertien/        / viertien /            / vijftien /            / zestien /          / zeventien /            / achtien /            / negentien /            / twintig /            /
 +
# eenentwintig /              /, ... dertig/            /. 
 +
# uur/            / dag/            / week /            / maand /            / kilometer /            /
 +
# links /            / rechts /            / rechtdoor /            // voor /          / naar /            /
 +
# deze/            / volgende /            / laatste /            /
 +
# vaak /            / raar /            / nooit /            // lang /            / kort /            /
 +
# op /            / /  naar beneden        / / over /            / onder /            /,
 +
# Hoe ver is het (te lopen)? /                / Waar zijn wij? /              /
 +
# Hoeveel kost het? /                / Hoe laat is het? /              /
 +
# We are looking for a place to sleep. /                /
 +
# Waar kan ik een ticket gaan kopen? /                /
 +
# Wie? /            / Wat? /            / Waar? /            / Waarom? /            / Wanneer? /            /
 +
# Hoe? /            / Hoe veel? /            /Hoe lang?  /            /Welke? /            /
 +
 
 +
 +
 +
 
 +
I would like to have…
 +
 
 +
Do you drive in to the town or do you pass it?<noinclude>
 +
 
 +
 
 +
[[Category:Templates]]</noinclude>
 +
 
 +
 
 +
 
 +
 
 +
 
 +
 
 +
<noinclude>
  
  
 
[[Category:Templates]]</noinclude>
 
[[Category:Templates]]</noinclude>

Revision as of 20:28, 7 February 2008

Dutch

  1. Hoi
  2. Sorry,...
  3. Rijd u toevallig richting...?
  4. Kunt u mij misschien tot ... mee nemen? / /
  5. - een tank station / / een parkeerplaats?/ / langs de snelweg / /
  6. Is deze lift gratis? / / Ik heb geen geld. / /
  7. Spreekt u ...? / / een andere taal / / Kunt u misschien iets langzamer spreken? / /
  8. ja / misschien / / nee, bedankt / /
  9. Dat is fantastisch / / perfect / / slecht. / / Geen probleem. / /
  10. Ik versta u niet. // Geen flauw idee. / /
  11. Ik ga naar ... / / Waar gaat u heen? / /
  12. Ik heet ... / / Hoe heet jij? / / Ik kom uit ... / / Waar ben jij vandaan? / /
  13. Ik ben …. / / Hoe oud ben jij? / /
  14. Ik studeer... // Mijn vakken zijn… / / Ik ben vierde/vijfdejaars student. / / Ik word leraar. / /
  15. Ik heb een vriend/een vriendin. / / Ik ben getrouwd.
  16. Ik ga op vacantie. / / Ik bezoek vrienden in… / / Ik lift een beetje rond … / /
  17. Ik blijf voor … / / Ik ga … terug./ /
  18. Pak me niet aan!/ / Laat me uit! / / Stop! / / Hulp! / /
  19. Kunt u mij hier uit laten? / /
  20. Bedankt! / / Een fijne dag nog! / / trip ! / /
  21. Waar kan ik een ... vinden? / /het stadcentrum / / een kaartje / /
  22. - een toilet / / een supermarkt / / de apotheek / / een kampeerplaats
  23. - een internetcafe / / een bankautomaat / / een bank / /
  24. - het metrostation / / het busstation / / het treinstation / /
  25. - de snelweg naar ... / / een goede liftplaats / /
  26. water / / (kruidachtig) thee / / warme chocomel / / koffie / /
  27. bier / / (rood, wit) wijn / / jus d'organge / /
  28. vegetarisch / / diner / / brood / / een goedkoop restaurant / /
  29. Proost! / / Enjoy your meal! / /
  30. Ik heb honger / / dorst/ / fijn / / koud / / warm / / misselijk / /
  31. noord/ / oost / / zuid / / west / /
  32. gisteren / / vandaag / / morgen / /
  33. null / / een / / twee / / drie / / vier / / vijf / / zes / / zeven / / acht / / negen / / tien / /,
  34. elf / / twaalf/ / dertien/ / viertien / / vijftien / / zestien / / zeventien / / achtien / / negentien / / twintig / /
  35. eenentwintig / /, ... dertig/ /.
  36. uur/ / dag/ / week / / maand / / kilometer / /
  37. links / / rechts / / rechtdoor / // voor / / naar / /
  38. deze/ / volgende / / laatste / /
  39. vaak / / raar / / nooit / // lang / / kort / /
  40. op / / / naar beneden / / over / / onder / /,
  41. Hoe ver is het (te lopen)? / / Waar zijn wij? / /
  42. Hoeveel kost het? / / Hoe laat is het? / /
  43. We are looking for a place to sleep. / /
  44. Waar kan ik een ticket gaan kopen? / /
  45. Wie? / / Wat? / / Waar? / / Waarom? / / Wanneer? / /
  46. Hoe? / / Hoe veel? / /Hoe lang? / /Welke? / /



I would like to have…

Do you drive in to the town or do you pass it?